Home
Facebook Twitter

Zomercolum

Biddinghuizen - 21 augustus 2014.  De GemeenteFlits en de website zal in de zomer wat minder gevuld zijn zo tussen afsluiting van het oude en start van het nieuwe seizoen. We hebben een aantal mensen gevraagd om iets te schrijven voor de zomerse edities van de GemeenteFlits.

nr 9 Nieuwjaarsfeest in Njepi

Daar ga ik, een weekend slapen bij het gezin van mijn opdrachtgever 
Ketut Kanta om met de dovengemeenschap Njopi te vieren. Njopi is één 
van de grootste Hindoeïstische ceremoniefeesten van Bali. Geen idee 
wat me te wachten staat, maar het moet iets heel bijzonders zijn. Ik 
help met het maken van sambal van kruiden uit de eigen tuin. 's Avonds 
laat eten we het heerlijkste eten wat ik ooit heb gehad, maar ook zo 
pittig dat ik wel 5 glazen water nodig heb om het te blussen. De dag 
erna ga ik naar het dorp met de zoon van Ketut Kanta. De doven 
verwelkomen me uitbundig en ik word aan alle kanten geknuffeld en 
gefotografeerd. Alle mensen zijn mooi en kleurrijk gekleed in 
ceremoniële kledij. Op het plein staan grote papier-maché monsters op 
draagbalken. Ze zien er bijzonder eng uit. Kinderen en jongeren van 3 
tot 25 jaar hebben de monsters gemaakt en gaan ze dragen. Als we 
gaan bidden, merk ik dat andere doven al gebarend verder praten. Ik 
besef dat ze de voorzanger niet horen en zodra iemand ze inlicht, doen 
ze mee. Wel met ogen open, omdat ze anders niet zien wanneer het 
voorbij is. Dan wordt er een constant ritme op de gong geslagen, de 
muziek gaat spelen en de monsters worden opgetild en heen en weer 
geslingerd, dansend op de muziek. Geweldig om te zien hoe enthousiast 
alle mensen kijken naar de optocht of meedansen op de muziek. De 
dove jongens met de monsters kijken trots om zich heen. Dan worden 
de monsters naar de rivier gebracht en in brand gestoken. De monsters 
worden verbrand, zodat de kwade geesten die in de monsters zitten 
verjaagd worden. De Balinezen kunnen nu weer met een schone lei het 
jaar in. 

Liset Klompe
nr 8 Sprookje

Er was eens… een gymvereniging met een door de jaren heen, 
teruglopend ledenaantal. Daar moest wat aan gedaan worden! Het 
bestuur kwam in vergadering bijeen en al brainstormend kwam met een 
plan. Als nou iedereen eens iemand mee zou nemen naar de volgende 
gymles. Een buur, vriend of kennis. De leden deden hun best om 
mensen enthousiast te maken. Een week later druppelden de 
‘introducees’ binnen. Er waren mensen bij die nog nooit naar een 
gymles waren geweest en er waren er die ooit vroeger hadden gegymd. 
Anderen kwamen gewoon uit nieuwsgierigheid. De gymjuf had enorm 
haar best gedaan om er een leuke les van te maken, met voor 
‘elck wat wils’. En na die ene keer? Zowaar, er kwamen leden bij, omdat 
ze niet hadden verwacht dat gym zo leuk zou zijn! Sommigen kwamen 
trouw elke week, anderen sloegen een keertje over. Er waren er ook die 
het na die ene keer wel hadden gezien. 
Er was eens… een kerkelijke gemeente met een door de jaren heen,
teruglopend ledenaantal. Daar moest wat aan gedaan worden! De 
kerkenraad kwam in vergadering bijeen en al brainstormend kwam met 
een plan. Als nou iedereen eens iemand mee zou nemen naar de 
ochtenddienst. Een buur, vriend of kennis. De leden deden hun best om 
mensen enthousiast te maken. Een week later druppelden de 
‘introducees’ binnen. Er waren mensen bij die nog nooit een kerk van 
binnen hadden gezien, er waren er die ooit vroeger wel eens gingen. 
Anderen kwamen gewoon uit nieuwsgierigheid. De dominee had enorm 
zijn best gedaan om er een mooie dienst van te maken, met voor 
‘elck wat wils’. En na die ene keer? Zowaar, er kwamen nieuwe leden 
bij, omdat ze niet hadden verwacht dat de kerk zo leuk zou zijn. 
Sommigen kwamen trouw elke week, anderen sloegen een keertje over. 
Er waren er ook die het na die ene keer wel hadden gezien.
Het eerste ‘sprookje ‘ is waargebeurd, het tweede…?
nr 7 Kaarten

Onverwachts werd me gevraagd een column voor de GemeenteFlits te 
schrijven. Na even denken bedacht ik het onderwerp kaarten. Niet het 
kaartspel maar het verzenden en ontvangen van kaarten. In deze tijd 
worden kaarten verstuurd vanaf vakantieadressen naar vrienden, 
familie, kennissen en buren. Een tijdrovende manier om te laten zien 
hoe mooi het op vakantie is. Want behalve dat er kaarten en postzegels 
gekocht worden, moeten ook de adressen geschreven worden en
natuurlijk dient vermeld te worden dat de zon schijnt en het eten 
heerlijk is. Voor de ontvangers is het altijd leuk om een kaart te krijgen 
omdat het een teken is dat tijdens de vakantie aan hen aandacht is 
besteed. Dat laatste geldt zeker ook voor de wenskaarten. De afgelopen 
tijd heb ik veel kaarten mogen ontvangen. Vaak met een mooie tekst of 
een gedicht. Het is bijzonder te merken dat mensen met zorg een kaart 
kiezen en hun wens daarin schrijven. Ook worden de wenskaarten 
persoonlijk in de bus gestopt. Wanneer ik dan één van onze oudere 
gemeenteleden schichtig zie weglopen en later de lieve woorden in een 
beverig handschrift lees, ontroert mij dat. We leven in een digitaal 
tijdperk en natuurlijk krijg ik ook goede wensen via internet. Maar die 
elektronische wensen geven niet het plezier als dat van mijn mand met 
kaarten. Die mand neem ik vaak op schoot en als ik die wensen herlees, 
word ik blij en voel ik me een gezegend mens.

Liesbeth Busch
 
Nr. 6    op vakantie

De reisgidsen liggen op een stapeltje op de tafel. Af en toe bladert hij er wat doorheen. Mooie campings. Veel vertier voor de kinderen. Leuke stadjes en omgeving.
Het wil echter niet. De zin kan niet komen. De kinderen kijken hem wel eens aan. Gaan we nog, dit jaar?
Het is de eerste zomer zonder haar.



 
Zomer, zee, strand, maar bij iedere stap zal hij de herinnering aan haar voelen. Zomer was de ultieme tijd voor elkaar.
Hij kan het niet, voor de kinderen is zo’n vader toch niets aan. Hij pakt de was uit de mand. Inmiddels is hij handig geworden in het huishouden. De kinderen zijn nu thuis. Acht lange weken. Een paar dagen weg zou wel een goede onderbreking zijn...  Hij zucht.
 
Een appje komt binnen op zijn mobiel. ‘Ga je mee, paar dagen met de kinderen? Mee, met ons? We gaan kamperen in Friesland bij een meer. Zet je je tent bij ons.’  Hij voelt een eerste reactie opkomen: ‘nee, al die heisa, nee.. dat kan nu niet.’
Toch wacht ie even met zijn reactie.
 
Tijdens het eten legt hij de vraag op tafel. ‘wat willen jullie?’ Ze kijken elkaar aan. Dan neemt de oudste het woord. ‘Wij willen heel graag, lekker op vakantie, gewoon…’
Hij blijft stil, ‘gewoon…’. Nee, niets is meer gewoon!   Dan voelt hij op zijn arm een hand.
‘Pap, wij missen mamma ook, hoor. Maar dan kunnen we toch best een paar dagen weggaan, mamma hield toch ook van vakantie, anders gingen we ook en nu nemen we dan toch haar foto mee!’
 
Het blijft stil. Ze heeft gelijk. Hij kan het de kinderen niet onthouden. Hij kijkt ze aan. ‘Laten we het maar gaan proberen.’ Deze zomer met foto! De foto van haar op het strand.
 



nr. 5   Dit zijn de namen......................

Zo begint het tweede bijbelboek Exodus: 'Dit zijn de namen... ' (In het Jodendom heten de eerste vijf bijbelboeken naar de eerste woorden waarmee het bijbelboek begint!) 


Afgelopen week werden in een paginagrote advertentie alle namen genoemd van de omgekomen mensen bij de ramp/oorlogsdaad in Oekraïne met MH 17. De letters en cijfers die zeker wij Nederlanders, nooit meer zullen vergeten. Het is ons '9/11'. De bijzonder dramatische omstandigheden maken dat we allemaal denk ik bij deze ramp betrokkenheid voelen. Verdriet en boosheid voelen. Oorlog, geweld tegen onschuldige 'eigen' mensen die van niets weten. 

Dit zijn de namen ... Kort geleden werd in een speelfilm verteld dat voor het eerst na de Eerste Wereldoorlog namen van omgekomen dorpsgenoten een monument kregen. Dit jaar gedenken vooral onze buurlanden dat 100 jaar geleden deze mensen verslindende oorlog begon: 1914. Beseffen we dit? Dat het 1900 jaar heeft moeten duren voordat we in ons Europa de kostbare waarde van ieder mens zijn gaan zien en meevoelen ?! God dank ! 

Als ik langzaam door de namen ga van de ramp met de MH 17, zie ik heel gewone 'Hollandse' namen en onbekende namen van mensen uit andere landen. Ik leef me ze in, ouder met plooien in het gezicht van veel te hebben meegemaakt, jong met open ogen en vol dromen de toekomst tegemoet. Ik zie het baren van hun moeder voor me. Het bloed, het zweet, de tranen. De vreugde om het nieuwgeboren kind dat naam krijgt. Een naam vol verwachting. Een naam die bij het opgroeien en later in de levensloop een heel eigen en unieke betekenis krijgt. 
God toont zich bewogen om mens en dier. Iedere naam, ieder mens een geschenk van oneindige waarde - van Boven! Laten wij voorgoed zo (mee)leven met iedere naam! 

ds Bram Bregman 
 
nr. 4 Avonturen in Ghana…

3 jaar geleden ging ik de eerste keer naar het kindertehuis Hanukkah in Ghana voor 9 weken.  De tijd vloog voorbij en ik vond het moeilijk om afscheid te nemen van wat ik net was begonnen. Het trok enorm om weer terug te gaan naar de plaats. En ja hoor na 1, 5 jaar kon ik in mijn jaarstage van de opleiding SPH voor 4, 5 maand naar Ghana toe. Ik ben toen terug geweest met een opdracht om te onderzoeken hoe ik kinderen met een beperking een dagactiviteit kon aanbieden. Allereerst heb ik een weekje meegedraaid bij een opvang voor gehandicapten en heb ik goed gekeken hoe het er in die heel andere organisatie aan toe ging. Ik zag en werd mij bewust hoe mensen in die cultuur omgaan met gehandicapten. Zij denken dat een kindje met een beperking afkomstig is van de 'zwarte magie' en willen er liever niet mee in aanraking komen. Vandaar dat veel kinderen met een handicap te vondeling worden gelegd, of zelfs ‘ terug gegeven aan de natuur’, zoals ze dat in Ghana zeggen. Ik vroeg me af hoe ik een balans kon vinden tussen de gewoonten van de Ghanese cultuur en de noodzaak voor de gehandicapte kinderen in Hanukkah om ook aandacht en liefde krijgen. Ik heb dat geprobeerd door allereerst een band met de zogenaamde  'moeders'  op te bouwen. Heel praktisch door samen al pratend de dagelijkse dingen met ze te doen. Daarna heb ik een gesprek met alle werkers gepland en mijn idee voorgelegd: iedere werker gaat apart met een kindje naar de snoezelkamer. In de snoezelkamer heeft de werker liefdevol fysiek contact met het kindje. Deze  intensieve manier van werken met de ‘moeders’ en de kinderen werd een vast onderdeel in de dag. Dat ging niet vanzelf, het was steeds weer de balans vinden tussen de Ghanese en de Westerse cultuur. Om het zoveel mogelijk hun eigen project te laten worden heb ik de praktische uitvoering uit handen gegeven en stuurde ik het project aan. Het uit handen geven vond ik moeilijk, omdat je ziet welke uitwerking het project heeft. Toen ik weer weg ging werd de activiteit nog dagelijks uitgevoerd. Nu heb ik gehoord dat het nog steeds een paar keer per week gedaan wordt. Ik weet dat de werkers het kunnen en het ook belangrijk vinden, nu moeten ze het zelf verder gaan uitvoeren!
nr. 3   God zo dichtbij gevoeld

Jaren geleden ging ik voor een paar dagen naar Londen. In die periode had ik met veel zorgen en verdriet te kampen. Nood leert bidden zegt men en oh ja, ik bad, vaak en veel...
Maar ik kreeg nou niet echt het gevoel dat er een antwoord kwam. Ik vroeg me zelfs wel eens af of er aan de "andere kant" wel naar me geluisterd werd.
Voor ik vertrok kreeg ik van iemand de tip om daar een bepaalde kerk te bezoeken. Maar eenmaal in Londen aangekomen, dacht ik daar al snel niet meer aan. Er was zoveel te zien, ik trok elke dag opnieuw de stad in. Nog steeds met een hoofd en hart vol verdriet en zorgen, dat wel…
Tot de laatste dag. Ik keek op de website van de kerk. Elke zondag 6 vieringen, als ik me haastte kon ik de laatste nog halen. Even later repte ik me door de stad. Op tijd bereikte ik de (bomvolle) kerk en zocht een plekje. Ik luisterde, zong mee en voelde me op een merkwaardige manier thuis in deze smeltkroes van culturen.
Toen hoorde ik de voorganger zeggen: "als je wilt dat er door een gemeentelid met en voor je gebeden wordt, steek dan je hand omhoog". Om mij heen zag ik meerdere handen de lucht ingaan.
En of ik het wilde of niet, ook mijn hand ging omhoog. Ik schrok er zelf van, maar voor ik hem omlaag kon doen, stond er iemand naast me. Ze vroeg of ze voor me mocht bidden. Of ik haar kon vertellen wát het was waar ze voor kon bidden.
Als vanzelf vertelde ik haar mijn verhaal. Ook hoe ik me op het allerlaatste moment naar deze plek had gehaast. Ik voelde hoe ze haar hand op mijn rug legde en hoorde haar stem. Ze bad voor me.
Mijn zorgen, pijn en verdriet werden door haar bij God neergelegd. Tranen liepen over mijn wangen.
Nee, ik kreeg niet ter plekke antwoord op mijn vragen, maar ik heb zelden God zo dichtbij gevoeld als daar, in een vreemde stad, tussen vreemde mensen.
Nr. 2: EEN NIEUW LIEDBOEK. EN DAN?

Het  ‘oude Liedboek voor de Kerken’ werd geïntroduceerd in 1973. Na veertig jaar was dat aan  vernieuwing toe. Er zijn andere wensen ten aanzien van de liederen en er is een veel groter aanbod gekomen in de sóórten liederen in het liedboek. En dat met meer dan duizend in getal. Daarnaast staan er ook prachtige meditatieve teksten in.
Het systeem van ‘lied van de week’ zoals we in de jaren zeventig deden, kan niet met zoveel liederen. Zomaar alles gaan zingen is ook geen oplossing: dat zou ons plezier in het zingen ontnemen en dat doen we hier nou juist zo graag. Daarom leren we nu mondjesmaat wat  nieuwe liederen aan met het ‘lied van  de maand’. Met de voorgangers hebben we de afspraak gemaakt om per dienst niet meer dan één onbekend lied te laten zingen. Soms gaat dat mis als er een voorganger van elders is.
Om goed te kunnen kennismaken  met wat het nieuwe liedboek biedt gaan we komend jaar enkele activiteiten ontplooien, waarvan we u tijdig op de hoogte stellen. Komt u enthousiast met ons meezingen!!!

Cor van Dijke
 
nr 1: Avondmaal bij het meer

Het is alweer jaren geleden dat we met de kinderen op een camping in 
Frankrijk bij een meertje stonden. Op een zaterdag zagen we bij het 
mededelingenbord een affiche van de katholieke kerk: vanavond avondviering bij het meer voor de campinggasten. Wij besloten er met de kinderen heen te gaan, denkend: het is buiten, als we ons er niet thuis voelen gaan we weer. Van de 
dienst weet ik niet veel meer, de voertaal was natuurlijk Frans, maar ik herinner me wel dat het gevoel van een buitenstaander te zijn, al gauw verdween. Helemaal toen de viering begon en er manden met brood en flessen wijn tevoorschijn kwamen. Er was geen sap voor de kinderen, ze zullen wel een klein slokje meegedronken hebben, maar het was ontspannen en probleemloos. Stamelend in ons beste Frans sloten we vriendschap daar aan de oever van het meer, en vierden we de communie, het samenzijn, met wijn uit plastic bekertjes en grote 
brokken stokbrood. Een feest, om komend uit verschillende landstreken, andere tradities en gewoonten met elkaar het goede te delen. 

Coby de Jong

<< Terug naar overzicht
© 2025 Protestantse Gemeente Biddinghuizen - Realisatie: Sybit | Software op Maat

Realisatie: Sybit - Software op Maat